Hoge Raad 8 maart 2024
ECLI:NL:HR:2024:336 (Centra-Klima B.V. / oud-werknemers)
Een werkgever beroept zich pas na acht maanden op de schending van een concurrentiebeding door twee oud-werknemers. Heeft de werkgever daarmee de klachtplicht van art. 6:89 BW geschonden? De Hoge Raad beantwoordt deze vraag ontkennend. In drie minuten bespreekt Matthijs Bakker deze zaak.
Ga naar cassatieblog.nl en schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief. Zo ben je altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op het gebied van de civiele cassatierechtspraak in Nederland.
Hoge Raad 8 maart 2024
ECLI:NL:HR:2024:336:
deeplink.recht...
Hoge Raad 15 oktober 2021, ECLI:NL:HR:2021:1536, rov. 3.3:
deeplink.recht...
Hoge Raad 23 maart 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ3521, rov. 4.3:
deeplink.recht...
---------------------------
Welkom, mijn naam is Matthijs Bakker, en ik ben advocaat bij de sectie cassatie van Pels Rijcken. Vandaag bespreek ik een uitspraak van de Hoge Raad over de klachtplicht en concurrentiebedingen.
Installatiebedrijf Centra-Klima heeft een concurrentiebeding opgenomen in de arbeidsovereenkomst van twee van haar monteurs. Op niet-naleving van het beding staat een boete van € 10.000 per overtreding en € 1000 per dag dat de overtreding voortduurt.
De monteurs treden in november en december 2019 uit dienst bij Centra-Klima en gaan gelijk aan de slag bij een ander installatiebedrijf. Kort daarna starten ze ook samen eigen onderneming gericht op installatiewerkzaamheden. Centra-Klima meldt zich pas in februari 2021 en vordert 460-, respectievelijk 480.000 euro aan verbeurde boetes. Het hof wijst in hoger beroep slechts 20.- en 30.000 euro toe.
Centra-Klima stelt cassatieberoep in en richt enkele motiveringsklachten tegen de beslissingen van het hof. Dat laat ik nu even voor wat het is. Interessanter is het incidentele cassatieberoep van de oud-werknemers. Daarin doen zij een beroep op de klachtplicht van artikel 6:89 BW. Centra-Klima klaagde namelijk pas acht maanden nadat de oud-werknemers ergens anders aan de slag gingen en een eigen bedrijf startte dat het concurrentiebeding niet werd nageleefd. Centra-Klima kan daarom volgens de oud-werknemers geen aanspraak meer doen op de boetes.
De klachtplicht van artikel 6:89 BW houdt in dat een schuldeiser op een gebrek in een prestatie geen beroep meer kan doen, als hij niet binnen bekwame tijd na het ontdekken van het gebrek bij de schuldenaar daarover klaagt. De gedachte daarachter is dat een schuldenaar van een schuldeiser mag verwachten dat hij met bekwame spoed onderzoekt of een prestatie aan een verbintenis beantwoordt. De schuldenaar mag niet te lang in onzekerheid mag worden gehouden over de deugdelijkheid van zijn presteren. Gelet op deze strekking en de bewoordingen van artikel 6:89 BW, ziet deze bepaling volgens de Hoge Raad niet op gevallen waarin de prestatie in het geheel niet is verricht. In dat geval bestaat er namelijk geen onzekerheid bij de schuldenaar of de prestatie deugdelijk is.
De klacht van de oud-werknemers faalt daarom volgens de Hoge Raad. Een concurrentiebeding is een verbintenis om het in dat beding omschreven handelen na te laten. Bij schending daarvan - het wel concurreren - is geen sprake van gebrekkig presteren, maar van niet presteren. De klachtplicht is daarop dus niet van toepassing, aldus de Hoge Raad. Wel kan de tijd die de werkgever heeft laten verstrijken tussen ontdekking van de overtreding en het daarop aanspreken van de werknemer onder omstandigheden een grond opleveren voor het matigen van de verbeurde boetes op grond van artikel 6:94 BW of zelfs voor het aannemen van rechtsverwerking.
Негізгі бет Cassatievlog
Пікірлер